Wat veroorzaakt schokdemperlekken?

Elke auto, vrachtwagen en bedrijfswagen die tegenwoordig wordt verkocht, heeft voor elk wiel ten minste één schokdemper (informeel bekend als een schokdemper). (Merk op dat deze schokdempers soms stutten worden genoemd. Een stut is gewoon een schokdemper die ...

Elke auto, vrachtwagen en bedrijfswagen die tegenwoordig wordt verkocht, heeft voor elk wiel ten minste één schokdemper (informeel bekend als een schokdemper). (Merk op dat deze schokdempers soms stutten worden genoemd. Een stut is gewoon een schokdemper die zich in een spiraalveer bevindt, de naam is anders, maar de functie is hetzelfde.)

Hoe een schokdemper werkt

Een schokdemper of veerpoot bestaat uit een of meer zuigers die door dikke olie gaan terwijl het wiel waaraan het is bevestigd op en neer beweegt. De beweging van de zuiger door de olie zet mechanische energie om in warmte, dempt de beweging en helpt deze te stoppen; dit helpt voorkomen dat het wiel na elke botsing stuitert. De olie en zuiger zijn verzegeld in een gesloten container en onder normale omstandigheden lekt de olie niet en hoeft deze nooit te worden bijgevuld.

Merk op dat de schokdemper de impact van stoten niet echt absorbeert; dit is het werk van veren en enkele andere ophangingscomponenten. In plaats daarvan absorbeert de schokdemper energie. Een auto zonder schokdempers stuitert na elke aanrijding een tijdje op en neer; de impact absorbeert de rebound-energie.

Helaas kunnen schokdempers en stutten kapot gaan of verslijten. De drie dingen die het meest waarschijnlijk fout gaan met shock zijn:

• Afdichtingen kunnen broos worden of scheuren, waardoor vloeistof gaat lekken; na het verliezen van een bepaalde hoeveelheid vloeistof (ongeveer tien procent van het totaal), verliest de schok zijn vermogen om energie te absorberen.

• De hele schokdemper of zuiger die erin beweegt, kan bij een botsing buigen; een verbogen schokdemper beweegt mogelijk niet goed of kan lekken.

• Kleinere onderdelen in de schokdemper kunnen na verloop van tijd of door schokken verslijten.

Deze problemen zijn bijna altijd te wijten aan een van twee dingen: leeftijd en ongevallen.

• schok leeftijd: Moderne schokbrekers en stutten zijn ontworpen om meerdere jaren en meer dan 50,000 mijl mee te gaan, maar na verloop van tijd verslijten de afdichtingen en beginnen ze te lekken. Uw gebruikershandleiding kan de tijd of kilometerstand vermelden om een ​​schokbreker te vervangen, maar dat is een richtlijn, geen absolute: rijstijl, wegomstandigheden en zelfs hoeveel vuil een schokbreker kan aantasten.

• ongeval: Elk ongeval met de ophanging kan de schokdempers beschadigen; een verbogen of gedeukte schokbreker moet bijna altijd worden vervangen. Na een grote crash zal de reparatiewerkplaats uw schokdempers inspecteren om te bepalen of ze moeten worden vervangen, maar het is belangrijk om te begrijpen dat voor dit doel "ongeval" niet alleen grote crashes omvat, maar alles dat de ophanging in het bijzonder doet trillen, inclusief het raken van stoepranden , grote rotsen en diepe kuilen, of zelfs een steen die wordt afgetrapt als je over een onverharde weg rijdt.

Wanneer een van deze defect raakt, is het bijna altijd nodig om de schokdempers te vervangen, omdat deze meestal niet kunnen worden gerepareerd of gewoon bijgetankt. Het is ook belangrijk om een ​​defecte schokdemper zo snel mogelijk te vervangen, omdat een voertuig met een defecte schokdemper in een noodgeval moeilijk kan worden bestuurd door overmatig wielbotsen.

Met dit alles in gedachten, hoe kan een voertuigeigenaar zien dat een schokdemper moet worden vervangen? Ten eerste kan de bestuurder een of meer wijzigingen opmerken:

• De reis kan springerig worden
• Het stuur kan trillen (als de voorste schokdemper defect is)
• Het voertuig kan tijdens het remmen meer duiken dan normaal.
• Bandenslijtage kan toenemen

Omdat veel van deze effecten ook symptomen kunnen zijn van slechte wieluitlijning of andere mechanische problemen, is het het beste om uw auto naar een gekwalificeerde monteur te brengen als u een van deze problemen opmerkt; je hebt tenslotte misschien geen nieuwe schokken nodig (en uitlijnen is iets goedkoper dan nieuwe schokken).

Ook kan uw monteur een lekkende of beschadigde schokdemper opmerken bij het inspecteren van het voertuig of het maken van aanpassingen. In sommige gevallen is afstelling zelfs niet mogelijk als de schokbreker (of vooral de veerpoot) beschadigd is. Als de schokbreker net lekt, is uitlijnen nog steeds mogelijk, maar een goede monteur zal het lek opmerken en de eigenaar informeren. (Een monteur zal ook een echt lek kunnen identificeren aan de hand van het lichte vocht dat soms optreedt tijdens normaal gebruik van een werkende schokdemper.)

Ten slotte moet uw monteur na een ongeval eventuele schokdempers of stutten inspecteren die mogelijk zijn ingeschakeld, omdat deze mogelijk moeten worden vervangen. Als u betrokken bent bij een ongeval dat geen reparatie lijkt te vereisen (bijvoorbeeld een harde aanrijding in een kuil), wees dan vooral alert op mogelijke veranderingen in het rijgedrag of het rijgedrag van uw voertuig; Misschien wilt u de auto controleren voor het geval dat.

Nog een laatste opmerking: als je een schokbreker vervangt vanwege ouderdom, slijtage of een ongeluk, is het bijna altijd beter om een ​​paar te vervangen (zowel voor als achter) omdat de nieuwe schokbreker anders (en beter) zal presteren dan de oude. één, en onbalans kan gevaarlijk zijn.