Motor Nissan SR20De

De Nissan SR20De-motor is een vertegenwoordiger van een grote familie benzinemotoren van een Japans bedrijf, verenigd door de SR-index. Het volume van deze motoren varieerde van 1,6 tot 2 liter.

Het belangrijkste technische kenmerk van deze motoren is een aluminium cilinderkop en een eigenlijk stalen cilinderblok. Deze verbrandingsmotoren (ICE) werden geproduceerd van 1989 tot 2007.

De cijfers in de markering van de aandrijfeenheid geven het motorvermogen aan. Dat wil zeggen, als het merk van de motor SR18Di is, dan is het volume 1,8 liter. Dienovereenkomstig is voor de SR20De-motor de cilinderinhoud gelijk aan twee liter.

De motoren van de SR-serie, en met name de tweelitermotoren van deze serie, werden geïnstalleerd op een zeer grote lijst van personenauto's die door Nissan in de jaren 90 "nul" werden geproduceerd.

Geschiedenis van de Nissan SR20De-motor

Van alle krachtbronnen van de SR-serie is de SR20De de meest bekende, en men zou zelfs kunnen zeggen beroemd in ons land. Deze motoren werden geïnstalleerd op het Nissan Bluebird-model van de achtste generatie, dat zeer actief werd geïmporteerd, eerst naar de USSR en vervolgens naar Rusland, door grijze dealers of gewoon distilleerders.

Vóór de komst van deze motoren, in de sector van 2-liter krachtbronnen, produceerden de Japanners CA20. Deze motor was vrij zwaar, qua massa, aangezien het blok en de kop van gietijzer waren. In 1989 werden op Bluebirds lichtere aluminium SR20's geïnstalleerd, wat een gunstig effect had op zowel de dynamische eigenschappen van auto's als hun efficiëntie. Omwille van zuinigheid en hogere prestaties hadden deze verbrandingsmotoren ook een meerpuntsinjector en vier kleppen per cilinder.

Vanaf het allereerste begin van de productie werd op deze krachtbronnen een rood kleppendeksel gemonteerd. Hiervoor kregen de motoren de naam SR20DE Red top High port. Deze ICE's stonden aan de lopende band tot 1994, toen ze werden vervangen door SR20DE Black top Low port-motoren.

Van zijn voorganger onderscheidde deze krachtbron zich naast het zwarte kleppendeksel door nieuwe inlaatkanalen van de cilinderkop (cilinderkop). Een nieuwe 240/240 nokkenas (voorganger had een 248/240 nokkenas) en een nieuw uitlaatsysteem met 38mm pijpen (de SR20DE Red top High port had 45mm uitlaatpijpen). Deze motor heeft tot 2000 aan de lopende band gestaan, hoewel niet in ongewijzigde staat, in 1995 verscheen er een nieuwe 238/240 nokkenas op de motor.

In 2000 werd de SR20DE Black top Low port vervangen door een verbeterde SR20DE roller rocker ICE. De belangrijkste kenmerken van deze krachtbron waren roltuimelaars en nieuwe klepretourveren. Andere noemenswaardige veranderingen zijn licht gewijzigde zuigers, een lichtere krukas en een verkort inlaatspruitstuk. Deze modificatie was in productie tot 2002. Daarna werden de atmosferische motoren van de SR20DE stopgezet. Er werden echter nog steeds versies met turbocompressor van deze motor geproduceerd en hun geschiedenis zal hieronder worden besproken.

Geschiedenis van SR20DET-motoren met turbocompressor

Bijna gelijktijdig met de atmosferische motor verscheen de versie met turbocompressor, die de naam SR20DET droeg. De eerste versie heette, naar analogie van de atmosferische motor, de SR20DET Red top. Deze ICE werd, net als zijn atmosferische versie, geproduceerd tot 1994.

Deze motor had een Garrett T25G-turbine, die een druk van 0,5 bar produceerde. Deze forcering maakte het mogelijk om een ​​vermogen van 205 pk te ontwikkelen. bij 6000 tpm. Het koppel van de verbrandingsmotor was 274 Nm bij 4000 tpm.

Om de levensduur van de motor te sparen, werd de compressieverhouding teruggebracht tot 8,5 en werden de drijfstangen versterkt.

Parallel aan deze krachtbron verscheen in 1990 een nog krachtigere versie ervan, met een vermogen van 230 pk. bij 6400 tpm en een koppel van 280 Nm bij 4800 tpm. Het verschilde van zijn voorganger door een andere Garrett T28-turbine, die een druk van 0,72 bar produceerde. Daarnaast zijn de volgende wijzigingen aangebracht aan de krachtbron. Hij kreeg een andere nokkenas 248/248, andere brandstofinjectoren met een capaciteit van 440 cm³/min, andere oliesproeiers, de krukas, drijfstangen en cilinderkopbouten werden verstevigd.

Net als de atmosferische versie verscheen de volgende generatie van deze krachtbron in 1994. Ze kreeg de naam Nissan SR20DET Black top. Naast het zwarte kleppendeksel, wat het kenmerk van deze motor werd, kreeg hij ook een nieuwe lambdasonde en zuigers. Daarnaast zijn de in- en uitlaatkanalen gewijzigd en is ook de instelling van de boordcomputer gewijzigd.

Een iets andere, krachtigere versie van deze motor werd uitgebracht voor de Nissan S14 Silvia sportwagen. Deze auto had een motor van 220 pk. bij 6000 tpm en een koppel van 275 Nm bij 4800 tpm.

De meest geavanceerde versie van de krachtbron werd echter geïnstalleerd op de volgende, zevende generatie Sylvia, die de S15-index droeg. De motor van deze auto had een Garrett T28BB turbo met een intercooler die een druk ontwikkelde van 0,8 bar. Bovendien was hij uitgerust met een monosproeier met een capaciteit van 480 cm³/min. Na deze modernisering ontwikkelde de verbrandingsmotor een vermogen van 250 pk. bij 6400 tpm en had een koppel van 300 Nm bij 4800 tpm.

Er waren nog twee versies van de SR20DET op de weinig bekende Nissan Avenir-stationwagen. Voor deze machine werden in één keer twee krachtige motoren van twee liter met een vermogen van 205 en 230 pk ontwikkeld.Deze motoren kregen de naam Nissan SR20DET Silver top.Het belangrijkste onderscheidende detail van deze motoren was een grijs kleppendeksel.

De krachtigste versie van de Nissan SR20-motor werd echter al in de 21e eeuw geïnstalleerd op de bekende Nissan X-Trail GT-crossover. Toegegeven, deze versie van de crossover is niet officieel verkocht in Rusland.

Deze versie heette dus SR20VET en werd geïnstalleerd op de eerste generatie X-Trails voor de Japanse markt. Deze versie werd, net als de eerste generatie van de crossover, geproduceerd van 2001 tot 2007. Deze ICE ontwikkelde een vermogen van 280 pk. bij 6400 tpm en had een koppel van 315 Nm bij 3200 tpm. Van de ontwerpkenmerken van deze krachtbron zijn de 212/248 nokkenassen en de Garrett T28-turbine, met een vuldruk van 0,6 bar, de moeite waard.

Ter afsluiting van het verhaal over de geschiedenis van de Nissan SR20De-motor moet worden gezegd dat deze de meest voorkomende is geworden van de hele SR-serie.

Технические характеристики

kenmerken van	Indicatoren
Jaren van uitgave	van 1989 tot 2007
Cilinderinhoud, kubieke cm	1998
Materiaal cilinderblok	aluminium
Power systeem	injector
brandstof	Benzine AI-95, AI-98
Aantal cilinders	4
Aantal kleppen per cilinder	4
Motorvermogen, pk / tpm	115/6000 125/5600 140/6400 150/6400 160/6400 165/6400 190/7000 205/6000 205/7200 220/6000 225/6000 230/6400 250/6400 280/6400
Koppel, Nm / tpm	166/4800 170/4800 179/4800 178/4800 188/4800 192/4800 196/6000 275/4000 206/5200 275/4800 275/4800 280/4800 300/4800 315/3200
Расход топлива, л/100 км:
Stedelijke cyclus	11.5
spoor	6.8
Gemengde cyclus	8.7
Zuiger groep:
Zuigerslag, mm	86
Cilinderdiameter, mm	86
Compressieverhouding:
SR20DET	8.3
SR20DET	8.5
SR20DET	9
SR20DE/SR20Di	9.5
SR20VE	11

Motorische betrouwbaarheid

Afzonderlijk moet gezegd worden over de hulpbron van deze motor, aangezien de meeste krachtbronnen van die tijd, geproduceerd in het land van de rijzende zon, bijna eeuwig zijn. Hun zuigergroep gaat gemakkelijk een half miljoen kilometer of meer. Met andere woorden, deze verbrandingsmotoren hebben een hulpbron die veel langer is dan de hulpbron van de autocarrosserieën waarop ze zijn geïnstalleerd.

Van de minder ernstige problemen met deze krachtbronnen wordt het voortijdig falen van de stationair toerentalregelaar en de massale luchtstroomsensor opgemerkt. Deze problemen ontstaan ​​voornamelijk door de lage kwaliteit van de brandstof in ons land.

Welnu, naast de uitzonderlijke betrouwbaarheid van de zuigergroep, is het voordeel van deze motoren de afwezigheid van een riem in de aandrijving van het timingmechanisme. Deze motoren hebben een nokkenaskettingaandrijving en de ketting heeft op zijn beurt een hulpbron van 250 - 300 kilometer.

Wat voor soort olie om te gieten?

Zoals alle motoren van het bedrijf, is de Nissan SR20 erg pretentieloos voor de gebruikte olie. De volgende API-oliën kunnen in deze motor worden gebruikt:

• 5W-20
• 5W-30
• 5W-40
• 5W-50
• 10W-30
• 10W-40
• 10W-50
• 10W-60
• 15W-40
• 15W-50
• 20W-20

Wat de oliefabrikant betreft, raadt het Japanse bedrijf aan om hun eigen oliën te gebruiken. En het is heel logisch om ze te gebruiken. Feit is dat Nissan-oliën niet gratis te koop zijn, ze zijn alleen verkrijgbaar bij officiële dealers van het bedrijf en het gebruik ervan garandeert dat u echt originele olie vult, waarvan de markering op de bus overeenkomt met de inhoud.

Welnu, wat betreft de informatie die op de bus staat, dan:

• Strong Save X - de naam van de olie;
• 5W-30 - zijn classificatie volgens API;
• SN - het eerste cijfer in deze markering geeft aan voor welke motoren deze olie is bedoeld;

1. S - geeft aan dat dit olie is voor benzinemotoren;
2. C - voor diesel;
3. N - geeft de ontwikkelingstijd van de olie aan. Hoe verder de letter verwijderd is van de eerste letter "A", hoe moderner hij is. Olie "N" verscheen bijvoorbeeld later dan olie met de letter "M".

Lijst met auto's waarop deze motor is geïnstalleerd

De Nissan SR20De-motor was een van de meest voorkomende krachtbronnen van het Japanse bedrijf. Het is geïnstalleerd op een lange lijst met modellen:

• Nissan Almera;
• Nissan Primera;
• Nissan X Trail GT;
• Nissan 180SX/200SX
• Nissan silvia
• Nissan NX2000/NX-R/100NX
• Nissan Pulsar/Sabre
• Nissan Sentra/Tsuru
• Infiniti G20
• Nissan-toekomst
• Nissan bluebird
• Nissan Prairie/Vrijheid;
• Nissan Presea;
• Nissan Rashen;
• in Nissan R'ne;
• Nissan Serena;
• Nissan Wingroad/Tsubame.